Sukhothai

30 januari 2018 - Sukhothai, Thailand

Gisteravond tijdens het potje klaverjassen werden we verrast door een hevige tropische regenbui. Volgens mij zat er één van ons een beetje vals te spelen en was dat de toorn van de boze Thaise geesten. Hans en ik spelen altijd eerlijk (olympische gedachte zit in onze genen) dus moet het óf Els óf Gerty geweest zijn die het met de regels niet zo nou heeft genomen. Zo'n regenbui brengt hier maar weinig verkoeling; de luchtvochtigheid neemt alleen maar toe. Toch lekker geslapen omdat de airco gewoon deed waarvoor deze is aan de muur is geboord.

Ontbijt in de tuin van het hotel in een prieeltje. Veel warm eten als ontbijt en dat heeft niet echt onze voorkeur. Tegen tienen gaan we op pad. Een kleine 50 kilometer verderop ligt Sukhothai en dat is meteen voor vandaag onze bestemming. Sukhothai staat op de Werelderfgoed lijst van de UNESCO en laat de macht zien van het oude Sukhothai-koninkrijk (13e eeuw). Het is de best bewaarde stad uit deze periode en een populaire bezienswaardigheid in centraal Thailand. De weg er naar toe verloopt vlotjes. Infrastructuur is in Thailand goed ontwikkeld. 

De oude stad herbergt ongeveer veertig tempelcomplexen, verspreid over een oppervlakte van 70 km2. In het midden ligt de koninklijke stad, omgeven door grachten en muren. Verreweg de meeste ruïnes liggen juist in deze zone. Het oude Sukhothai is, net als andere Thaise steden opgebouwd volgens een bepaald patroon: een groot centraal tempelcomplex met in concentrische cirkels daaromheen muren, de rivier , rijstvelden en beboste bergen. 

We parkeren onze koelkast en halen bij het ticketbureau onze toegangskaartjes. Omdat het complex uitgestrekt is huren we er gelijk een viertal fietsen bij. Nou dat blijkt deze keer zeker geen overbodige luxe te zijn. Rustig fietsend verkennen we vooral de voormalige koninklijke stad. Al met al heeft deze "zone" een omvang van nog altijd een paar vierkante kilometer. We nemen de tijd om de imposante ruïnes van de vroegere koninklijke tempel te bekijken die een afmeting had van 240 x 280 meter. Goed zichtbaar is nog steeds een reliëf van een precessie van boeddhistische jonge monniken op een vierkante sokkel. Mooie gerestaureerde Boeddhabeelden versieren het geheel.  Er staan meerdere heiligdommen in deze zone. Bijzonder is wel de voetafdruk van Boeddha op een klein eilandje in de grote vijver.

Mooie dag kan ik wel zeggen. Het aantal toeristen is op de vingers van één hand te tellen. Eigenlijk verdiend deze bezienswaardigheid een grotere dagelijkse stroom toeristen. Zal in de weekenden wel wat drukker zijn, maar toch. Aan de andere kant is het ook wel prettig dat het hier niet overlopen is van de bezoekers. Geeft ons de kans alles in alle rust te bekijken zonder dat je steeds iemand anders in de weg staat. Ook in andere zones hebben we nog wat rondgefietst. Maar tegen het eind van de middag vinden we het goed geweest en leveren we onze fietsjes weer in, stappen in de auto en rijden naar een hotel dat enkele kilometers verder noordwaarts ligt. 

Guesthouse BoonBun heet ons van harte welkom. Lekker douchen (beetje te koud water) en dan nog even in de tuin lekker relaxen. Tegen 19.00 uur brengt ons de hoteleigenaar naar een restaurant dat 2 kilometer verderop ligt. We hadden een biertje gedronken en wilden niet zelf rijden. De restauranthouder op zijn beurt beloofde de hotellier ons weer "veilig" thuis te brengen. Waar zie je nog zo iets; "nou, hier in Thailand dus"! Restauranthouder bleek van Duitse komaf en dus storten we ons op de Europese menukaart (behalve Gerty) en we bestelden iets met "gemischter Salat und pommes (mit Mayo). Vanaf morgen weer gewoon Thais eten, hebben we ons zelf voorgenomen. Dan nog een potje kaarten op de kamer en daarna is de avond al weer zo'n beetje voorbij en lacht ons het ledikantje toe.We schuiven ons voorzichtig, maar wel met een glimlach op ons gezicht tussen de gesteven lakens, lezen elkaar nog een spannend verhaaltje voor, en dromen nog wat na over ook deze geslaagde culturele dag.

Foto’s