Kampheng Phet

29 januari 2018 - Nonthaburi, Thailand

Gisteravond voor het slapen gaan nog even lekker onder de rain-shower gestaan. T-shirt zat mij vandaag "als gegoten" en het voelde als een stuk dubbelzijdig plakband toen ik het probeerde uit te trekken.

Het is maandagochtend. Heerlijk aan de oever op het overdekte terras van ons ontbijt genoten. Als je buiten komt loop je tegen de muur van de Thaise-warmte aan. Ook de nachten zijn hier bijzonder warm. Het went overigens wel. Je moet er ook niet te veel bij stilstaan en je verandert er toch geen barst aan.

We helpen de jongens van de receptie met de eindafrekening. Soms lijkt het er op dat mensen hier niet of nauwelijks kunnen rekenen en dat geldt zeker voor deze knapen. Uiteindelijk zijn ze erg blij met de ondersteuning en komen ze niets te kort. 

Vandaag proberen we een "paar kilometertjes" noordelijk te rijden. Doen we over de "gele" en "witte" wegen. Het is het grensgebied met Myanmar (Birma voor de oudjes onder de lezers). Een beetje bergachtig maar vaakl ook door de vruchtbare vlaktes van het laagland. Het is boerenland, authentiek ook. Op de velden is men druk doende het suikerriet te oogsten. Vrachtwagens rijden af en aan. Veelal wordt met combine-achtige machines geoogst, maar er is ook nog menig veld dat handmatig geoogst moet worden. Landschap is afwisselend. Kleine dorpjes waar de wegen ons door heen voeren; rijstvelden waarvan sommigen geoogst lijken en andere velden net in de groeifase zijn. Niet te vergeten te vermelden de vele bananenplantages. Het werken op het land onder deze klimatologische omstandigheden lijkt me geen pretje. 

Onze middag pauze brengen we door in de schaduw van een straatrestaurantje annex ijzerwarenhandel. Voor 3,20 Euro zijn we met z'n viertjes "uit en thuis". Weet niet precies wat ik heb gegeten, maar het was wel iets met kip, noedels en groenten. Het had een soepachtig karakter. Gegeten werd er met stokjes. Nou als je daar niet handig mee bent dan heb je een probleem. 

Onze rijdende koelkast brengt ons langs al dat landelijke schoon in de buurt van Kamphaeng Phet. Al met al een ritje van zo'n 200 kilometer. We zoeken naar een herberg waar we de nacht door kunnen brengen en vinden het Paradise-Hotel op onze weg. We zijn welkom en nemen intrek in de "stal 108". Een waar hemelbed lacht ons toe; op het voeteneinde zijn twee handdoeken omgetoverd  tot twee olifantjes. De airco snort gemoedelijk en het is er behaaglijk warm. We vleien ons vannacht weldadig in de strobalen en hopen morgen fris en fruitig aan de start te verschijnen. 

Foto’s

1 Reactie

  1. Charlotte en Anouk:
    29 januari 2018
    Heerlijk he die bedden! Soms tref je minder harde aan :)
    Wij hadden afgelopen nacht een harde en dan doe ik toch maar even wat rugoefeningen .....mooi rijden over platteland en het lokale leven te zien